Inhoudsopgave
Het lijkt een vraag, maar het heeft alles weg van een vooraankondiging van wat er komen gaat: "Of de gemeente eigenaar blijft van de Bonbonnière is een gesprek dat we in de raad zullen aangaan, bij de behandeling van de diverse scenario’s." Zegt het college van burgemeester en met name de wethouders Manon Fokke (financiën) en Frans Bastiaens (cultuur).
OPINIE
Die vraag stel je niet als je er niet eens aan zou denken om de Bobonnière af te stoten. Die vraag geeft aan dat er achter de schermen al scenario's in die richting circuleren. Hert zou niet verbazen als er nu al niet achter de schermen bekend is wie de beoogde nieuwe eigenaar zou zijn.
Formeel doet het bureau Hermon Hermitage onderzoek naar de mogelijkheden en levert dit bureau eind dit jaar de diverse scenario's op. De handtekening van Hermon Hermitage is dat ze steeds inzet op behoud van cultuurhistorische waarden en die mixen met economische exploitatie. Plat vertaald: De barokke uitstraling zal behouden blijven, maar er moet toch ook geld verdiend kunnen worden voor een gezonde exploitatie. Daar is natuurlijk niks mis mee, maar het zet de vraag of straks iedereen in Maastricht weer ouderwets kan genieten wel op scherp. Wie gaat straks bepalen wat er in de Bonbonnière gebeurt?
Saillant is het om te kijken naar de Vrienden van de Bonbonnière die zich hebben opgeworpen om het gebouw te gaan restaureren. Hebben zij misschien interesse in het gebouw? En zijn die partijen dan in staat het gebouw ook als een schouwburg te exploiteren? Of wordt de Bonbonnière straks een fraai hotel, kantoor, appartementencomplex of evenementen- en feestlocatie? Met de grote zaal als toegift?
De grootste vriend van de gemeente (die zelf al 30 miljoen euro reserveert) in dit traject is de Universiteit Maastricht. Die bestaat volgend jaar 50 jaar en ziet in de Bonbonnière een mooi cadeau dat ze aan de stad kan geven, om zo weer wat meer goodwill in de stad te kweken. De universiteit heeft al half historisch Maastricht voorzien van een nieuwe functie. Dat is voor de gebouwde stad een zegen gebleken. De universiteit heeft het geld en de expertise om zo'n gebouw voor lange tijd in stand te houden. Als straks Brightlands op Randwyck - waar de universiteit de grote motor achter is - vaart krijgt, dan is de Bonbonnière mooi voor ontvangsten. Voor het tekenen en beklinken van grote deals. En de universiteit heeft natuurlijk zelf veel ceremonies waar de Bonbonnière de perfecte omlijsting voor kan zijn.
Een andere vermogende Vriend van de Bonbonnière is het Elisabeth Strouven Fonds (ESF). Afhankelijk van de stand van de beursindexen (nu heel hoog) goed voor een eigen vermogen van 150 tot 200 miljoen euro. Het ESF is evenwel ook een wat zuinige rentmeester: om tot in lengte van jaren geld aan goede doelen te kunnen besteden, wordt jaarlijks drie, vier miljoen euro miljoen 'out of pocket' uitgegeven. Het ESF bewaakt vooral ook het eigen vermogen om uitholling door inflatie opgevangen. Het ESF heeft gevoel voor Maastricht, heeft gevoel voor cultuur. En net als de universiteit staat ook bij het ESF winstbejag zeker niet op één.
Saillant - teminste als het gaat om het afstoten van de Bonbonnière is de vriend 'Theater aan het Vrijthof (TAHV)'. Nu nog 100% van de gemeente, maar er lopen onderzoeken om het TAHV te verzelfstandigen. Het theater zou dan veel slagvaardig kunnen opereren als cultureel ondernemer. En vergis je niet: dan moeten er nog steeds vele miljoenen subsidie in per jaar. Dat is inherent aan dit soort theaters. Waarom saillant? Het TAHV heeft ongetwijfeld de meeste expertise om van de Bonbonnière weer een echte schouwburg te maken. Maar een verzelfstandigd theater is natuurlijk ook de grootste concurrent van een 'nieuwe' Bonbonnière. Het TAHV krijgt er een Middenzaal bij voor nu al minimaal dik vijftien miljoen euro, die qua capaciteit van circa 300 stoelen in hetzelfde marktsegment als de Bonbonnière terecht komt.
En dan is het MECC een van de vrienden. Bij het MECC staat niet zozeer de programmering voorop, maar veel meer het commerciële denken. In de zalen en hallen is alles welkom: als het maar geld oplevert. Congressen van medici maar ook verhuur aan gebedsgenezers. De TEFAF, maar ook de internationale rashondententoonstelling en Pasar Malam.
Waar het MECC nu nog eigendom is van de gemeente en de directie goed rekening houdt met de belangen van de gemeente, zitten er dichtbij de Vrienden van de Bonbonnière ook horeca-ondernemers die meekijken. En die zijn nog veel meer gewend om de denken in concepten, maar dan wel in functie van de eigen winst- en verliesrekening. Voor niks gaat de zon op. De huidige pachter Heineken heeft uitgerekend deze week een miljardenbezuiniging bekendgemaakt. Voor Heineken is de Bonbonnière al heel lang een vervelend steentje in de schoen. De bierbrouwer moet het gebouw nog in een acceptabele staat terug opleveren, maar onder Heineken is de Bonbonniėre toch in een comateuze toestand terecht gekomen.
Onder de horeca-ondernemers zitten er natuurlijk cultuurliefhebbers maar zeker ook altijd een paar grote ego's, voor wie de Bonbonnière het mooiste pronkstuk kan zijn. Ga maar na: een historisch gebouw dat weer helemaal is opgeknapt en een gemeente die nu ook al aankondigt dat er altijd subsidie naar de programmering zal moeten. Het is onduidelijk welke horeca-ondernemers interesse zullen tonen. Banken willen horeca overigens liever niet financieren, want te veel risico op witwassen. De banken moeten zich aan de Wwft (De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme) houden om te voorkomen dat ze betrokken raken bij criminele activiteiten.
Hoe goed de gemeente moet oppassen bleek toen het ENCI-terrein door private kopers werd gekocht. De eerste jaren ging dat op zijn zachts gezegd niet goed en bleek dat een van de directeuren voor diverse vormen van fraude was veroordeeld. Toen ging het niet om de toekomstige invulling, om het behoud van de monumenten maar om de vraag hoe het zat met de Bibob-toetsing, hoe het zat met illegale stortingen in de hallen? Dat is nu verleden tijd, maar het was wel een wake-up call. Hetzelfde voor het TregaZinkwit-terrein. Dat was een omgekeerde wake up call: wie het eigendom heeft, bepaalt. Nertsenfokker Rien Leeyen dreigde met de bouw van een loods, waarna de gemeente onder druk van een ultimatum besloot het terrein voor de hoofdprijs over te nemen.
De gemeente is nu eigenaar van de Bonbonnière en dat verzekert hoe dan ook het beste het publieke belang. Als eigenaar kun je de lakens uitdelen.
Of de gemeente de Bonbonnière één-op-één kan doorstoten naar een partij van eigen keuze is overigens nog de vraag. Het Didam-arrest schrijftt voor dat als de gemeente onroerend goed gaat vervreemden, iedereen in de markt een gelijke kans verdient. Maar dat is een horde die de gemeente wel met enige creativiteit kan nemen.
Het stadsbestuur lanceert nu het idee van afstoten van de Bonbonnière. Veel antwoorden zullen nog moeten komen eind dit jaar. Er zullen ongetwijfeld fantastische presentaties komen van de scenario's. Om je culturele vingers bij af te likken. Maar het is voor de gemeenteraad straks ook zaak om bijzonder scherp op te letten. Zodat de Bonbonnière niet weer tot in lengte van jaren het meest besproken onderwerp tijdens de Machseuverdrach wordt.
Want als het weer voor vele jaren mis zou gaan, dan kunnen we het bestuur van de stad misschien inderdaad beter overlaten aan De Tempeleers.
